5 juli 2024: Petrova Gora – Trakošcan 148 km
Van het ene schilderachtige dorp naar het andere rijden terwijl de zonovergoten hellingen, begroeid met sierlijke druivenranken aan je voorbij glijden, is niet verkeerd. Af en toe een prachtig kasteel bezoeken en vervolgens de avond afsluiten met een heerlijk glas wijn bij zonsondergang. Het kan erger. Het klinkt als Frankrijk maar het kan ook in Noord-Kroatië. In de provincie Krapina-Zagorje, vlakbij de grens met Slovenië vind je zowel de wijngaarden als de kastelen. De adel speelde altijd een belangrijke rol in de Kroatische geschiedenis. Ze bouwden niet alleen kastelen als symbool van macht en rijkdom maar ook ter bescherming van de regio. Het gebied kende eeuwen van politieke instabiliteit en verschillende heersers stonden voortdurend te drummen om de grenzen te verleggen. De Oostenrijkers en de Hongaren, maar ook de Venetianen en de Turken slaagden daar af en toe in en dat beïnvloedde dan weer de architectuur van de vestingwerken.
Het kasteel van de dag is Dvor Trakošcan in het gelijknamige dorp Trakošcan. Het werd waarschijnlijk gebouwd in de dertiende eeuw als observatiefort om de weg naar Ptuj en de Bednja-vallei te bewaken. Het is niet bekend wie in die tijd de eigenaar was. Op het einde van de veertiende eeuw was de vesting in handen van de graven van Celje, een belangrijke adellijke familie uit Slovenië, die het toen voor het zeggen hadden in het graafschap Zagorje. Toen er geen erfgenamen meer waren, werden de eigendommen van de familie verdeeld onder belangrijke figuren van de legerleiding en dat duurde zo’n drie eeuwen lang. In 1566 werd het kasteel even eigendom van de staat. De toenmalige koning schonk Dvor Trakošcan uiteindelijk aan Juraj Drašković en zo kwam deze familie voor enkele eeuwen aan zet. In de negentiende eeuw werd het fort verbouwd tot een residentieel landhuis. Esthetiek werd belangrijker dan functionaliteit. Het park met een meer rondom het kasteel werd mooi aangelegd en de rijke familie gebruikte het eerder als buitenverblijf. Dvor Trakošcan liep veel schade op tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hoewel de familie Drašković nog steeds nakomelingen telt, werd het kasteel na de oorlog weer eigendom van de staat die het grondig renoveerde. Het kasteel zelf schittert op de heuvel maar de omgeving rond het kasteel staat momenteel droog. Het vroegere meer dat stilaan op een modderpoel begon te lijken, wordt momenteel uitgebaggerd en in ere hersteld.

Het kasteel van Trakošcan is op en top gerenoveerd en dat schrikt wel een beetje af omdat het de charme van het verleden vaak weghaalt. Ik waande me even kasteelvrouw en was meteen verkocht. Bovendien is de locatie goed bereikbaar. Er is voldoende parking onderaan de heuvel, ook voor campers. Het is wel een stukje klimmen naar de ingang, maar dan zie je ook wat. Het interieur is prachtig. De woonkamers volgen elkaar in sneltempo op. Hoeveel woonkamers heeft een mens eigenlijk nodig? Naast de originele meubels die in bijna elke kamer te zien zijn, is er ook moeite gedaan om de geschiedenis te reconstrueren aan de hand van infoborden. Zo zijn er een stamboom en foto’s te zien van de familie Drašković op het einde van de negentiende eeuw in en rond hun uit de kluiten gewassen buitenverblijf. Dat brengt het geheel tot leven. Het buitenterras op de eerste verdieping met uitzicht op het bosrijke landschap in de omgeving, is schitterend. Daar zie ik me ’s avonds wel zitten met een wijntje uit de Zagorje wijngaarden.


De allerlaatste kamer is de keuken. Die is ver weggestopt in de kelder, maar dat was in de middeleeuwen niet zo vreemd. Bij het bereiden van voedsel werd vuur gemaakt in de open haard en dat veroorzaakte soms brand. Door de keuken te scheiden van de rest van het gebouw kon een eventuele brandhaard zich niet verder verspreiden. Later werden er meer en meer gerechten klaargemaakt in de oven en die werd ten huize Trakošcan ook ingebouwd. De keukeninstallatie heeft wat weg van de Aga fornuizen van tegenwoordig.

Door berg en dal rijd ik verder naar Wine Camp Hažić in Jurovčak. Dat wijntje komt er toch nog van want hier zit een ‘gratis’ wijnproeverij bij in de prijs van de camping. Elke camperplaats heeft een naambordje van een wijn uit de regio. Mijn plekje heet Graševina en zo’n fles staat toevallig in de koelkast. Schol!


Beautiful photos. Glad you are enjoying Croatia.
LikeGeliked door 1 persoon
super ik blijf volgen grtjs
LikeLike