29 mei 2019: Obzor – Nesebar – Obzor 0 km
Er is genoeg plaats op de bus van de Nederlandse campinggasten die een groepsreis ondernemen. Ik mag mee, samen met nog een Nederlands echtpaar. De rit is zelfs gratis. Om terug te keren, moeten we onze plan trekken. Het groepsgezelschap plant meerdere tussenstops en komen pas laat weer naar de camping. Vooraan in de bus neemt een Nederlandstalige vrouw van Bulgaarse origine het woord. Ze vertelt onderweg het een en ander over haar geboorteland. Dat is mooi meegenomen.
Nesebar ligt ten zuiden van Obzor en wordt wel eens de parel van Bulgarije genoemd. Het is een van de oudste steden van Europa. Het pittoreske stadje is een schiereiland, gelegen op een rots in zee. Het is verbonden met het vasteland door een lange brug. Het stadje is slechts 850 m lang en 350 m breed en makkelijk bewandelbaar.
De plek is bekend omwille van de vele kerken en geplaveide straatje met typische oude huizen die opgebouwd zijn uit kalksteen en hout.
Het is onvoorstelbaar dat er op zo’n kleine oppervlakte minstens 42 kerken gebouwd werden in de oudheid. Velen werden vernietigd tijdens de invasie van de Turken. Binnen de vestingmuren zijn de restanten van 10 kerken bewaard gebleven.
Nesebar is Unesco werelderfgoed en een trekpleister voor toeristen. Mede daardoor is de binnenstad een grote commerciële handelsoperatie. Het centrum is een aaneenrijging van souvenirwinkels en terrassen. Wie de drukte voor wil zijn, kan best in de vroege ochtend deze bestemming verkennen, want het blijft hoe dan ook de moeite waard.
Na een intensieve wandeling in en rond de stad laat ik me verleiden tot een wijnproefsessie bij Winery Messembria. Het klinkt misschien vreemd, maar Bulgarije is een wijnland. Er worden al duizenden jaren wijnranken verbouwd en wijn gemaakt, maar de professionalisering ervan is van recentere oorsprong. Sommige druiven zijn geïmporteerd vanuit Frankrijk, maar lang niet allemaal. Ik proef een witte Viognier & Traminer en een rode Mavrud wijn. Ze zijn allebei zeer lekker en ondanks mijn klein rugzakje zeul ik de 2 flessen mee.
Het wordt stilaan tijd om vervoer te regelen voor de terugtocht naar Obzor. Er zijn 3 opties: de bus, Uber of een taxi. Wanneer ik bij de bushalte arriveer, duurt het 1,5 uur vooraleer de volgende autobus opdaagt. Geduld is een schone deugd, maar niet mijn sterkste punt. Plan B is de Uber-app gebruiken, maar ook hier vang ik bot. Er zijn geen wagens beschikbaar. Dan maar naar plan C. Het is de duurste optie maar wel de makkelijkste. Er zijn voldoende taxi’s beschikbaar aan de bushalte. We spreken de prijs op voorhand af. Vooraleer in te stappen, druk ik de chauffeur op het hart om vooral niet de formule 1-piloot uit te hangen. De man spreekt amper Engels, maar hij heeft het wel begrepen. Halverwege de rit vraagt hij in een gebroken taaltje: “Is driving oké?”
Het is de laatste nacht in Obzor. Een winkelactie dringt zich op want de voorraadkasten zijn op enkele flessen wijn na, bijna leeg. Daarop overleven is geen goed idee.
Toch weer super he meid , hoop als je terug in het land bent , je eens afzakt naar Heppen om hier nog wat meer te komen vertellen , SUPER
LikeGeliked door 1 persoon
gewoon super , hoop dat je het verhaal hier bij ons eens komt vertellen als je terug in het land bent , grtjs maatje xxx
LikeGeliked door 1 persoon
Je hebt echt een zeer aangename schrijfstijl! Blijven schrijven, Ingrid. Ik lees je verhalen geboeid.
LikeGeliked door 1 persoon
Leuk Ingrid.
LikeGeliked door 1 persoon